“Ik vind het spannend om naast hem te zitten”
Danique (5), roze strik met regenbooghaar in haar paardenstaart, kijkt verlegen om zich heen. Ze staat midden in de kring van triptraps, krukjes en rolstoelen. Het spelletje gaat zo beginnen en bijna alle kinderen hebben een plekje gevonden. Zes kinderen uit de Samen naar School-klas – de ‘Kanz-klas’ – en zes kinderen uit de reguliere kleutergroepen, waar Danique ook in zit. Er is nog één plekje vrij: op een blauwe triptrap, dicht naast de rolstoel van Huub (10). Huub zwaait met de toverstaf die ze zojuist met zijn allen geknutseld hebben. Danique kijkt aarzelend naar juf Karin, die in het midden van de ‘inclusiekring’ zit om het spelletje te begeleiden. Juf Karin vraagt wat er is. Zachtjes zegt Danique: “Ik vind naast hem zitten een beetje spannend.”
We begrijpen elkaar
Eerder die dag zitten in het Kanz-klaslokaal Tess, Kate en Thijs uit groep 7 samen op de bank in de voorleeshoek. Om hen heen staan de rolstoelen van Devano, Huub en Kamil. De kinderen uit het regulier onderwijs lezen voor uit ‘De ridder zonder billen’, het lievelingsboek van Huub. Geduldig laten ze de plaatjes zien. Devano vindt het plaatje van de blote ridder en zijn prinses het grappigst, hij wijst ernaar en maakt vrolijke geluiden. Kate (10) moet lachen om de reactie van de jongen.
“Ik vind het leuk om voor te lezen bij de kinderen van de Kanz-klas”, vertelt ze. “Het is leuk om te zien hoe ze reageren en te zien dat ze plezier hebben. Je ziet aan Devano hoe hij denkt over een plaatje, en dan begrijpen we elkaar.” Tess: “En ik moet meer oefenen met lezen, dat vind ik fijn in deze klas.”
Juf Karin licht toe: “Het kan voor kinderen uit de andere klassen heel fijn zijn om hier te komen. Soms is hun eigen groep te groot, te chaotisch. Dan komen ze hier beter uit de verf. Er was een jongen uit de reguliere klas die daar gedragsproblemen vertoonde, maar in onze klas een prachtige rol had. Dat was goed voor zijn zelfvertrouwen, hij groeide daardoor enorm.”
Als de kinderen uit groep 7 vertrekken, begeleidt juf Karin ze naar de deur. “Dankjewel, de kinderen vonden het weer geweldig dat jullie er waren!” Fluisterend voegt ze daaraan toe: “Dat merk je misschien niet altijd, maar het is echt zo.”
Alles mag hier, niks moet
Die middag, bij de inclusiekring, slaat juf Karin geruststellend een arm om Danique heen. “Dat je het spannend vindt mag je best zeggen hoor. Dan schuiven we je toch een beetje op?” Samen schuiven ze de blauwe triptrap richting Myla (8). Het meisje met Down kijkt vrolijk lachend naar Danique. Die glimlacht opgelucht terug en gaat ontspannen zitten.
Juf Karin legt uit: “Huub heeft een ernstige beperking en kan soms onverwachte bewegingen maken. Het is logisch dat kinderen dat spannend vinden. Daar moet begrip voor zijn. Alles mag hier, niks moet. We willen dat kinderen het fijn vinden om hier te komen.”
Dan begint de inclusiekring. Juf Karin zingt een liedje en de kinderen lopen één voor één naar elkaar toe om kleren op een gekke manier bij de ander aan te trekken. Iedereen schatert het uit als Huub ineens een onderbroek op zijn hoofd heeft, Huub nog het hardst.
En Danique? Die lacht vrolijk met hem mee.